“Bijzonder hè, hoe je haar ineens niet meer kunt zien,” zei ik tegen één van de boswachters, terwijl we samen aandachtig naar de bomen voor ons tuurden. Even daarvoor was er een ree tussen de stammen van de grove dennen verschenen, maar ook net zo snel weer verdwenen.
“Ja, die zijn echt één met de natuur,” antwoordde de boswachter.
Eén met de natuur
Eén met de natuur… Ik moest even lachen, want een dag eerder had iemand tegen mij beweerd: “Jij bent echt één met de natuur!”
Ik kon de opmerking wel waarderen, hoewel ik in mezelf meteen met een opsomming begon die het tegendeel zou bewijzen. Het zette me aan het denken. Want wat bedoelen mensen als ze dat zeggen? Wat is dat: één met de natuur? En waarom voelt het zo goed?
In mijn geval betekent het in ieder geval niet dat ik – zoals die reegeit – tussen de boomstammen verdwijn, alsof ik in het niets oplos. Hoewel, volgens dezelfde boswachter zou niemand mij zien als ik dat zou proberen wanneer ik helemaal in het bruin gekleed zou zijn. En ik denk dat hij gelijk heeft. Overigens was dat geen aanmoediging om die uitdaging aan te gaan. Want dat zou betekenen dat ik het pad zou moeten verlaten en dat is nou net níét de bedoeling.
Ik vroeg mijn echtgenoot waar hij aan denkt bij de uitdrukking ‘één met de natuur’. Zijn antwoord: zweverig en praten met bomen… Nou, dat was niet het antwoord dat ik verwachtte. Het is ook niet waar ik aan denk. Hoewel ik wel moet bekennen dat ik af en toe mezelf tegen bomen en dieren hoor praten. Niet omdat ik denk dat ze terug praten of begrijpen wat ik zeg, maar het gebeurt soms gewoon.
Schakels in het systeem
Eigenlijk is het een vreemde uitdrukking. Want je gaat er dan vanuit dat het bijzonder is, dat wij mensen meestal niet één zijn met de natuur. In de discussies op tv hoor ik het ook vaak terug. Er wordt een grens aangebracht tussen mens en natuur. Volgens mij klopt dat van geen kant. Wij mensen zijn onderdeel van de natuur. Eén van de schakels in het hele systeem. Als er in de natuur om ons heen schakels wegvallen, heeft dat ook invloed op ons. Ons leven, onze gezondheid, ons toekomstperspectief.
Het is één van de redenen waarom ik natuurgids ben geworden. Om mensen weer bewust te maken van de omgeving waar we in leven. Aandacht geven aan het belang van de natuur om ons heen voor ons eigen leven. Wanneer je meer oog krijgt voor de processen in de natuur, leer je ook meer over jezelf. Het bos kan in meerdere opzichten een mooie metafoor zijn voor je eigen leven. Er zitten veel bijzondere lessen in een boswandeling, op welk moment van de dag die ook plaatsvindt.
Vervreemd van de natuur
Met name in de westerse wereld zijn we meer en meer vervreemd geraakt van de natuur. We vinden vaak dat wij de natuur mogen gebruiken en aansturen en dat ze ingericht moet worden naar onze wensen. Ik ben christen en ik geloof dat wij als rentmeesters over de schepping zijn aangesteld. Maar wel als góéde rentmeesters. Met zorg voor het hele ecosysteem, zonder uitbuiting en vernieling. Daar zijn we toch wel de weg kwijt geraakt. Er zijn andere religies die veel meer respect voor de natuur hebben en echt met de natuur willen sámenleven. Op de een of andere manier heeft dat altijd al mijn interesse gehad. En het raakt aan een verlangen om óók zo met de natuur te kunnen samenleven.
De huidige discussies rondom wolven, klimaat, stikstof en watergebruik raken aan hetzelfde thema. Wij mensen vinden dat we het recht hebben om de natuur in te richten naar wat wij nodig hebben. Maar ons ingrijpen is veel te ver gegaan en heeft de natuur uit evenwicht gebracht. En het ergste is nog dat we het zelf niet eens meer kunnen of willen zien.
Leven met aandacht
Ben ik één met de natuur? Nee, niet echt. Daarvoor ben ik ook veel te westers opgegroeid en houd ik te veel van de luxe om mij heen. Meestal. Maar ik heb wel een ander perspectief ontwikkeld door veel buiten te zijn en te zwerven door de bossen. De aandacht voor de natuur creëert bewustwording voor het belang daarvan. Je krijgt oog voor het kwetsbare evenwicht en de gevolgen van verstoring. En ik voel me inderdaad meer onderdeel van het grotere geheel, waardoor ik toch in mijn persoonlijke leven ook andere keuzes maak.
Buiten zijn in de natuur voelt voor mij als thuis komen. Daar klopt het. Daar klop ik. Ik kan er beter ademhalen, ik kan er meer genieten, ik kan me beter concentreren. Ik hoef me er niet anders voor te doen, ik hoef me niet in bochten te wringen om aan allerlei verwachtingen van de maatschappij te voldoen. Ik doe simpelweg mee op het ritme van de schepping. En ik beleef er het leven in alle facetten, zowel de schoonheid als de wreedheid van het leven. Het is er allemaal. Eerlijk. Echt.
Eén met de natuur. Hoe ik het beleef? Leven met aandacht. Met al je zintuigen afstemmen op je omgeving; bomen, planten, mensen en dieren, álles. Zodat je ontdekt waar het allemaal werkelijk om gaat in het leven. En dat voelt goed, want dat geeft het leven een rijkere invulling en een diepere betekenis.